Toogverhalen uit Boom: een toost op de cafécultuur!

In Boom zijn heel wat bekende kroegen, zet je gerust even mee aan de toog en luister naar hun verhaal.

Wat is een gemeente zonder iconische cafés die al jaren een vertrouwde plek zijn om er gezellig eentje te komen drinken en er over het leven te praten met vrienden en vreemden? In Boom zijn er heel wat bekende kroegen, dus zet je gerust even mee aan de toog en luister naar hun verhaal.

Café Lipstick  – Kristel Van Schoor

Van achter de toog

“Ik werk hier ondertussen 16 jaar. We zijn geëvolueerd van een café dat vaak tot de vroege uurtjes open was en deel uitmaakte van het nachtleven in Boom, tot een dagcafé. Onze hoogdag is op donderdag, wanneer het markt is. Dan is het aanzienlijk drukker, zeker bij goed weer. Wij zijn een echt volkscafé. Iedereen is hier welkom. Je vindt hier dan ook een divers publiek, zowel mensen met een plastron als mensen die het wat moeilijker hebben. Ons publiek is doorgaans wat ouder – veel jongeren zal je hier niet vinden. Maar ik heb vooral brave klanten, al zal ik daar zelf wel voor iets tussen zitten (lacht).”

Aan de toog

“Overdag verkopen we heel veel koffies. Tegen de avond worden dat pintjes, van het vat of uit het flesje. Qua sterke drank houden we het op een simpele vodka-orange of whisky-cola, echte cocktails bieden we niet aan. Zelf zou ik bij die drankjes graag wat snacks willen aanbieden, een croque uit het vuistje, of een portie kaas of saucisse, dat smaakt iedereen. Dat doen we nu niet omwille van diverse redenen. Dan nemen onze klanten zelf wat mee, wat helemaal oké is, en dat maakt het hier weer wat gezelliger.”

Vóór de toog

“Wat ik na mijn werkuren nog doe? Ik ben altijd aan het werk, ik geraak nergens (lacht). Maar ik ben ook niet iemand die de drukte opzoekt. Ik woon nu zelf 16 jaar hier in Boom. Ik heb de cafécultuur enorm zien veranderen. Vroeger kwamen er hier bijvoorbeeld heel veel BV’s, zoals Jean Blaute, kan ik me herinneren. Van mij mogen er gerust nog tien cafés bijkomen.

Er mag in het algemeen meer beleving zijn op het vlak van horeca, dat men kan kiezen waar ze iets gaan drinken. Zo krijg je een echte cafécultuur. Restaurants zijn er misschien wel genoeg, maar waar kunnen de mensen daarna naartoe? Maar er wordt over gebabbeld, we hebben gewoon iets meer wisselwerking nodig. En de mensen komen ook wel weer vaker terug naar buiten, sinds corona. Gelukkig maar, want dit is het centrum, hier móét het leven.”


Café Hollywood – Pascal Koos

Van achter de toog

“Wij zijn opengegaan op 11 juni 1999. Volgend jaar vieren we dus ons 25-jarig bestaan. In het begin deden we al eens feestjes tijdens het weekend. We zaten toen ook altijd vol, maar vroeger waren er hier in Boom dan ook 36 cafés. Dat was wel voor mijn tijd.

Nu zijn we een praatcafé. Ik heb klanten die tussen 10 en 12 uur hun krant hier komen lezen, vanaf 14 uur komt de volgende golf. Het is hier wel een plek waar je gezellig kunt zitten en wat rondkijken. Jeugd zal je hier niet gauw vinden. De meeste klanten zijn tussen de 40 en de 80 jaar oud. Maar we lachen hier wat af. 80 procent van mijn klanten zijn mannen, velen alleenstaand. Die beginnen dan al eens over de voetbal te praten, maar dan zeg ik al snel: nee, laat maar (lacht). Iedereen praat hier met mekaar, ook als ze elkaar niet kennen. Als het wat stil is, of er komt iemand nieuw aan de toog zitten, dan zal ik het gesprek gaande houden. Het belangrijkste voor mij is dat ik zonder stress kan komen werken. Dat het plezant blijft. Ik heb met al mijn klanten een goede band. Het is leuk dat ze mij over hun privéleven dingen vertellen.”  

Aan de toog

“Bier en de occasionele koffie in de ochtend doen het heel goed hier. Ik heb al veel bieren van het vat geprobeerd, die in het begin altijd goed lopen. Een Chouffe of Triple d’Anvers smaakt mijn klanten wel, maar uiteindelijk grijpen ze weer naar hun Jupiler of Duvel.”

Vóór de toog

“Na 25 jaar hier te werken, dag en nacht, ben ik nu stilaan aan het afbouwen. Mijn vriendin en ik hebben een buitenverblijf gekocht in het bos. Tijdens de weekends trekken we naar daar, om er te fietsen, een terrasje te doen, op restaurant te gaan… Een café openhouden is best zwaar, en je moet veel laten. Maar het is ook héél plezant. Moest ik terug jong zijn, dan zou ik misschien iets anders openen, een restaurant misschien? (denkt na) Nee, toch niet, ik zou opnieuw een café openen. Dat zit gewoon in mijn bloed (lacht).


Naast Cafe Lipstick en Hollywood vind je in Boom natuurlijk nog veel andere horecazaken waar je een hapje kan eten of gezellig iets kan drinken. Bekijk hier het volledige overzicht van onze cafés en koffiebars.

Meer verhalen lezen? Ook café Bij Den Noenkel is een ‘place to be’ in Boom. Naast hun gezellig café verkopen ze daar trouwens hun eigen arancello. Benieuwd? Bekijk het interview hier.